eten, drinken & gastvrijheid
Wij Gast Vrij

Huisartsen signaleren ondervoeding nauwelijks

Vlaamse verpleegwetenschapper

Er is nog veel werk te verzetten als het gaat om tegengaan van ondervoeding bij mensen die afhankelijk zijn van zorg. In instellingen, maar ook daarbuiten, zo bleek uit het verhaal van de Vlaamse verpleegwetenschapper Bart Geurden.

Geurden was een van de sprekers tijdens het webinar Three Rivers FoodDelta from farm-fish-food to fork in healthcare. Dit stond in het teken van het feit dat alle mensen het recht hebben op lekker, gezond en veilig eten. Ook patiënten en ouderen die van zorg afhankelijk zijn, zo benadrukte Edwig Goosens.  

Maar dat gaat allemaal niet vanzelf, liet Goosens weten. “Op het gebied van automatisering, digitalisering en scholing zal er in instellingen en daarbuiten veel moeten gebeuren.”

Om toe te voegen dat er veel geblaat wordt, maar dat dat geblaat weinig wol en melk oplevert. Dat moet veranderen. Daadkrachtige samenwerking tussen alle betrokken disciplines is gewenst. Goosens plaatste een ‘call to action’. “Laten we opstaan uit onze bureaustoel.”

Bedroevende cijfers

Daar kon verpleegwetenschapper Bart Geurden zich in vinden. Hij sprak over bedroevende cijfers als het gaat om ondervoeding in verpleeghuizen. Maar daarbuiten kunnen ze er ook wat van. “Het is in de eerstelijnszorg niet veel beter. Ook daar onderbelichten ze ondervoeding met grote klinische consequenties. Studies tonen dat aan.”

Geurden liet weten dat huisartsen ondervoeding nauwelijks registreren. Hij gaf ook aan waar dat volgens hem aan ligt. “Huisartsen zien ondervoeding als een gevolg van de onderliggende aandoening. Ze denken: ’t is toch normaal dat iemand met die en die ziekte wat magerder wordt?”

Studie Vlaamse artsen

Daarom ziet men dat magerder worden, dat verlies van eiwitten niet als een afzonderlijk probleem, aldus Geurden. Ook verpleegkundigen onderschatten ondervoeding, voegde hij toe. Hij wees vervolgens op twee studies van Vlaamse artsen in opleiding. Zij concludeerden dat het probleem van ondervoeding bestaat en dat dat multidisciplinair opgelost moet worden.

Multidisciplinair wil in dit verband zeggen dat artsen, verpleegkundigen, diëtisten, mantelzorgers en andere betrokkenen samen moeten werken om het probleem aan te kunnen pakken. “De artsen concludeerden dat er gezocht moest worden naar patiënt specifieke oplossingen. Zij zitten daarmee op de goede weg.”

AM Fish