Vis is precisiewerk en emotie. Dat blijkt uit het interview in Uitblinkers 19 met Gerrit den Heijer (92), bewoner van Het Uiterjoon in Scheveningen. Een oud-visserman kijkt terug op zijn carrière.
Hij zat jaren in de vis. En met hem zijn familie. Nog steeds gaat er niets boven een gebakje visje, zegt Gerrit den Heijer als de redactie van uitblinkers hem bezoekt in Het Uiterjoon, gelegen achter de boulevard van Scheveningen.
Den Heijer ziet niet al te best meer, maar praten gaat hem goed af. Zeker als het over zijn liefhebberijen gaat: motoren, vis, zijn vrouw, de kinderen, de kleinkinderen en de saamhorigheid van vroeger.
Hard leven
Hij kijkt terug op een hard en avontuurlijk leven. De ene dag in het huwelijk treden, de volgende dag alweer naar zee, want de reder had hem nodig, hij die zoveel verstand heeft van dieselmotoren en ook aan dek tijdens het vissen en kaken z’n mannetje staat.
En nu anno 2021 houdt hij nog steeds van vis. “Oh, oh, ik krijg er nooit genoeg van, een gebakken visje. Heerlijk. En haring. Fantastisch.” Den Heijer eet geregeld met zijn vrouw, die zelfstandig woont, buiten de instelling een visje op de hoek.
Ook zij heeft er verstand van, want ze was nettenboetster en dus nauw verweven met de visbranche. En die vis is prima in dat ene zaakje, kan niet beter, zegt Den Heijer. “Er zijn viszaken die blinken nooit uit, terwijl andere het picobello voor elkaar hebben. Wie de beste is van Scheveningen? Oh nee, daar ga ik me niet mee bemoeien. Sorry. Laat ik zeggen dat de een perfecter is dan ander.”